Waterstof is een niet-giftige, kleurloze, smaakloze en reukloze stof.
Bij normale omstandigheden, zoals kamertemperatuur en normale drukken, is waterstof gasvormig.
Als waterstof tot -253°C afgekoeld wordt, dan wordt het vloeibaar.
Naast afkoelen kun je waterstof ook onder druk brengen. Door de druk te verhogen zal de dichtheid, en dus ook de hoeveelheid energie per m³, toenemen. Bij kamertemperatuur en 1 bar is de dichtheid ongeveer 0,09 kg/m³; bij 200 bar neemt de dichtheid toe tot ongeveer 16 kg/m³.
1 m³ waterstof is veel lichter dan 1 m³ aardgas. Ga je echter waterstofmoleculen samendrukken (comprimeren) dan passen er veel meer kleine waterstofmoleculen in 1 kg waterstof, dan dat er aardgasmoleculen in 1 kg aardgas passen.
Als je 1 kg waterstof verbrandt, dan komt er juist 3 keer méér energie beschikbaar vergeleken met aardgas (gewonnen uit het Groningenveld).
Zoals uit de staafdiagram Calorische waarde hieronder valt af te leiden, zit in 1 m³ waterstof 3 keer minder energie dan in 1 m³ aardgas. Als je 1 m³ waterstof verbrandt, komt dus maar 1/3 van de energie beschikbaar vergeleken met de verbranding van 1 m³ aardgas.
Waterstofvlammen zijn, zeker als ze klein zijn, bijna niet zichtbaar.
De vlamsnelheid van waterstof is groter dan die van aardgas.
Een mengsel van waterstof en lucht kan makkelijk ontbranden. Als in een ruimte tussen de 4% en 75% waterstof aanwezig is, vormt dit samen met de lucht een brandbaar mengsel.

Vlamtemperatuur aardgas: ca. 1.200 – 1.300 °C.
Vlamtemperatuur waterstof: ca. 1.500 – 1.600 °C.
Een waterstofmolecuul heeft een molair gewicht van 2,01594 g/mol.
In gasvorm heeft waterstof een dichtheid van 0,071 g/L bij 0 oC en 1 atm.
Soortelijke massa (gasvormig) in kg/m³:  0,09
Soortelijke massa (vloeibaar) in kg/m3:  70,8 (70,8 gr/liter)
verbrandingswaarde
onderwaarde: 3,0kWh
(methaan 10,35 kWh onderwaarde)

toepassingen

productiemethodes

waterstof wereldwijd